Joodse filosofie en Spinoza - II

Ga naar de inhoud

Joodse filosofie en Spinoza - II

Spinoza
Gepubliceerd door Jan Mendrik in artikel · 16 april 2023
Spinoza’s Joodse filosofie, aan de hand van een artikel van Jason Yonover

Net toen ik de blog over Yitzak Melamed, betreffende de onderwaardering van Joodse filosofen uit de middeleeuwen, had geschreven kwam ik een recent document tegen van Jason Yonover, Spinoza and Jewish Philosophy. Hij heeft het geschreven voor het nog te verschijnen boek: The Oxford Handbook of Jewish Philosophy.
 
Het artikel beschrijft dat Spinoza, ondanks zijn cherem in 1656, veel invloeden onderging van de Joodse denkers Hasdai Crescas (1340-1410/11), Mozes Maimonides (1138-1204) en Gersonides (Levi ben Gershon, 1288-1344).
 
Hij noemt gedachten betreffende het determinisme, de vrije wil, de attributen, de modi, de drie soorten kennis, en elementen betreffende Spinoza’s filosofische methode.
 
Determinisme
Crescas verwees in zijn geschriften naar een noodzakelijke causaliteit ("principal of sufficient reason", determinisme) die Spinoza in zijn filosofie opnam (E1A2, E1A3 en E1p11d2). Een gevolg van dit determinisme is dat zowel Crescas als Spinoza een vrije wil uitsloten.

Twee attributen
Yonover wijst naar de gedachte van Spinoza over de ene substantie met twee attributen (E2p7s1) die gelijkenis vertoont met teksten van Maimonides. Spinoza schrijft:
 
al wat door het onbeperkt intellect kan begrepen worden als iets dat de essentie van een substantie uitmaakt, behoort allemaal uitsluitend tot de unieke substantie; bijgevolg zijn de denkende substantie en de uitgebreide substantie één en dezelfde substantie, die nu eens begrepen wordt onder het ene attribuut, dan weer onder het andere. Zo is ook een modus van uitgebreidheid en het idee daarvan een en dezelfde zaak, maar uitgedrukt op twee manieren.
Dat lijken sommige Joden als het ware door een waas ingezien te hebben,
wanneer ze namelijk stellen dat God, Gods intellect en de zaken die hij begrijpt één en hetzelfde is.

Modi
De modi komen noodzakelijk voort uit God
 
E1p16: Uit de noodzakelijkheid van de goddelijke natuur moeten oneindig veel zaken voortkomen op oneindig veel manieren (i.e. al wat onder het onbegrensd intellect kan vallen).
 
Crescas had in zijn Light of the Lord deze gedachte ook beschreven.
 
Drie soorten kennis
Spinoza’s idee van de drie soorten kennis (verbeelding, rede en intuïtie) is reeds herkenbaar bij Maimonides. Yonover beschrijft het aldus:
 
Maimonides begins his Guide of the Perplexed by distinguishing metaphorically α. “those who never once see a light but grope about in their night,” β. “[those whose] darkness [...] is illumined, however, by a polished body or something of that kind,” and finally γ. “those for whom the lightning flashes” (from the Guide to the Perplexed).

Methodische aanpak
Met Gersonides heeft Spinoza volgens Yonover een band waar het gaat om methodologische aanpak.  Het gaat over de orde van filosoferen. Yonover haalt Gersonides aan (uit Gersonides: Wars of the Lord)
 
Wanneer het voor de oplossing van een bepaalde vraag nodig is om een deel van een disjunctie van tegenstrijdigheden vast te stellen en het andere deel te weerleggen, is het gepast dat de auteur het laatste weerlegt voordat hij verder gaat met het eerste, als dat al het geval is. mogelijk. Dit is analoog aan de procedure van de arts, die probeert de ziekte te verwijderen voordat hij een gezond gestel tot stand brengt.
 
Spinoza legt in E2p10s2 een soortgelijke “orde van filosoferen” uit.
 

Jason M Yonover
Penultimate draft for The Oxford Handbook of Jewish Philosophy (link), ed. Paul Franks (Yale University) and Yitzhak Y. Melamed (Johns Hopkins University), 2023

Download pdf van deze blog


0
commentaren
Terug naar de inhoud